|
Studiewijzer Livius
|
tarix | 05.12.2017 | ölçüsü | 15,56 Kb. | | #14031 |
|
Studiewijzer Livius
-
Overzicht kennen/kunnen
kennen
-
de inhoud van de eerste 3 verhalen van het Latijnse pensum, inclusief de aantekeningen bij de Latijnse teksten (Het optreden van Mettius Curtius, Romulus’ daden, Zijn dood en apotheose)
-
syllabus achtergronden
kunnen
-
aan de hand van de eerste 3 verhalen van het Latijnse pensum, inclusief de aantekeningen bij de Latijnse teksten, op het SO afgedrukt in literaire vertaling:
-
inhoud van de afgedrukte regels toelichten/uitleggen
-
verband uitleggen tussen:
-
afgedrukte tekst en genre geschiedschrijving (Grieks en Romeins)
-
afgedrukte tekst en Romeinse geschiedenis
-
afgedrukte tekst en de tijd waarin Livius leefde
-
afgedrukte tekst en de (globale) hele Ab Urbe Condita
-
afgedrukte tekst en narratologische en stilistische begrippen
-
afgedrukte tekst en afbeeldingen
-
Inhoud van de stof aan de hand van studievragen
1 De Praefatio
-
Wat is in de regel de inhoud van een praefatio?
-
Noem de voorgangers van Livius in Rome.
-
Wat is de strekking van de twee praefationes (meervoud van praefatio) van Sallustius bij zijn twee geschiedwerken?
-
Noem de twee belangrijkste kenmerken van het de morele crisis volgens Sallustius.
-
Wanneer begon Livius te schrijven aan zijn geschiedenis?
-
Wat is de inhoud van de praefatio van Livius bij zijn werk?
-
Wat wil Livius met zijn werk bereiken?
-
Noteert Livius een exact begin van het verval der zeden? Leg je antwoord uit.
-
Waarom is Liviius optimistisch gestemd?
-
Ken de inhoud van de praefatio. En maak de vragen op pagina 12.
2 Historiografie: het genre
-
Wat is geschiedenis?
-
Wat is de rol van de geschiedschrijver?
-
Wat is de overeenkomst tussen de moderne en de vroegste historische overlevering? Wat het verschil?
-
Hoezo is de historicus geen ‘buitenstaander’? Betrek in je antwoord de begrippen integriteit, onpartijdigheid en objectieve kijk.
-
Is het verstandig om lessen uit het verleden te trekken? Leg je antwoord uit.
§ 2.3
-
Wat zijn ‘fasti’?
-
Wat zijn ‘tabulae’?
-
Wat zijn de Annales Pontficum (=genitivus meervoud van Pontifex)?
-
Wie was Fabius Pictor? Wanneer leefde hij?
-
Wat is ‘annalistische geschiedschrijving’?
-
Wie was Porcius Cato en wat heeft hij geschreven?
-
Stelling: Van de vroege annalisten kun je niet zeggen dat ze aan echte geschiedschrijving deden. Leg dit uit.
-
Wat vindt Catulus in ‘De Oratore’ van de Romeinse geschiedschrijving?
-
Wat is een pontificaat?
-
Wat stelt Antonius in ‘De Oratore’ als kwalificaties (=eisen) waaraan goede geschiedschrijving moet voldoen? Noem zijn twee geboden.
§ 2.3.2
-
Wanneer leefde Sallustius?
-
Sallustius stelt in zijn werken dat twee eigenschappen van de senaat de ondergang van de Romeinse republiek hadden ingeleid. Noem deze eigenschappen.
-
Stelling: Het is merkwaardig dat Sallustius deze twee eigenschappen aan de orde stelt. Leg dit uit.
§ 2.3.3
-
Wanneer leefde Tacitus?
-
Over de periode na Augustus schreef hij de Annales (tijdvak Augustus tot en met Nero) en de Historiën (tijdvak 68-96, de Flavische keizers)
-
Wie waren de Flavische keizers?
-
Wat is de betekenis van het motto van Tacitus ‘sine ire en studio’?
-
Naar welke tijd verlangt Tacitus eigenlijk terug?
3 Livius: leven en werk
§ 3.1
-
Noem drie Romeinse geschiedschrijvers.
-
Wanneer leefde Livius?
-
Wat zijn de ‘mores maiorum’? (maiores = de ouderen, de voorvaderen)
-
Stelling: Het is lastig om de houding van Livius ten opzichte van Octavianus/Augustus te bepalen. Leg uit hoe dat komt.
-
27 voor Christus is zowel voor Livius als voor Augustus een belangrijk jaar. Leg dat uit.
-
Waar is Livius geboren én gestorven? En wanneer?
§ 3.2
-
Hoeveel boeken/delen besloeg de AUC?
-
En van wanneer tot wanneer beliep dat werk?
-
Wat zijn ‘decaden’? en pentaden?
-
Welke delen van de AUC zijn overgeleverd? Noem de drie delen en koppel er tijdperken aan vast.
-
Wat zijn ‘periochae’?
§ 3.3
-
Voor de oudere perioden , de koningstijd, heeft Livius niet zelf onderzoek verricht. Leg dit uit.
-
Wat zijn ‘annales maximi’?
-
Wat zijn orale tradities?
-
Wat beoogt Livius met het schrijven over de grote helden van Rome?
-
In welk opzicht helpt Livius Augustus?
-
Ken de deugden ‘fortitudo’, ‘sapientia’ en ‘iustitia’.
-
Livius neemt het niet altijd even nauw met de veritas/waarheid. Leg dit uit.
-
Redevoeringen:
-
De begrippen ‘oratio recta’ en ‘oratio obliqua’
-
Opbouw van de speeches: exordium, peroratio
4 Geschiedenis van Rome: een overzicht
§ 4.1
-
Noteer de stichtingsdatum van Rome.
-
Wie woonden op de Palatijn en wie op de Quirinalis en Esquilijn?
-
Verbind het verhaal van de Sabijnse maagdenroof aan het ontstaan van Rome.
-
De zeven koningen van Rome:
-
Romulus,
-
Numa Pompilius,
-
Tullus Hostilius,
-
Ancus Marcius,
-
Tarquinius Priscus (= Etrusk)
-
Servius Tullius (= Etrusk),
-
Tarquinius Superbus (= Etrusk)
-
Wie waren de leden van de senaat?
-
Wat zijn de ‘comitia centuriatia’?
-
Hoe ontstond het Forum?
§ 4.2
-
Noteer het jaar waarin de republiek begint.
-
Wanneer was de inval van de Kelten in Rome?
-
Wanneer onderwierpen de Romeinen de Grieken in Zuid-Italië?
-
Wat is een patriciër en wat een plebejer?
-
Wat is het ‘concilium plebis’?
-
De lex Hortensia is een belangrijke wet geweest voor de plebejers. Leg dit uit.
-
Wat is de ‘nobilitas’?
§ 4.3
-
Noteer de data van de eerste Punische oorlog
-
Wat was voor Rome het gevolg van deze oorlog in de zin van gebiedsuitbreiding?
-
Noteer de data van de tweede Punische oorlog.
-
Wat was de naam van de Romeinse tegenstander van Hannibal?
-
Wat was voor Rome het gevolg van de tweede Punische oorlog in de zin van gebiedsuitbreiding?
§ 4.4
-
Wat zijn ‘latifundia’?
-
Noem de gevolgen van de veroveringen van Rome.
-
Duid de tweedeling aan die als gevolg van de veroveringen in de Romeinse samenleving optreedt.
-
Wat zijn ‘proletarii’?
§ 4.5.1
-
Wie was Tiberius Sempronius Gracchus?
-
Noem de bedoeling van de ‘lex agraria’.
-
Wie waren de ‘equites’?
-
Wie was Gaius Sempronius Gracchus?
-
Welke rol krijgt het volkstribunaat opnieuw?
-
Noteer de verschillen tussen de optimates en de populares.
-
Wie zijn dan de ‘boni’?
-
Wat is een ‘homo novus’?
-
Noem de drie effecten van de maatregel van Marius met betrekking tot een beroepsleger.
-
Ook Marius besteedde zijn tijd aan een landhervorming. Leg de reden hiervan uit.
-
Wat was de oorzaak van de burgeroorlog van 88 voor Christus?
-
Waar woonde Mithridates?
-
Wat was het politieke verschil tussen Sulla en Marius?
-
Wat is een ‘dictator’?
-
Wat is het bijzondere aan Sulla’s dictatorschap?
-
Noem een aantal maatregelen van Sulla.
-
Wat was het belangrijkste doel dat Sulla met zijn maatregelen?
-
Wanneer was de opstand van Spartacus?
-
Geef een aantal feiten van Pompeius en Crassus.
§ 4.5.5
-
Uit wie bestond het eerste triumviraat en wanneer werd dit gesloten?
-
Wanneer stierf Pompeius?
-
Brutus en Cassius en Caesar zijn geen vrienden van elkaar. Leg dit uit.
§ 4.5.6
-
Leg de relatie uit tussen Antonius en Octavianus.
-
Wanneer vond de slag bij Philippi plaats?
§ 4.5.7
-
Wanneer en waarom vindt het eind van de republiek plaats?
-
Wat is de betekenis van (het woord) Augustus?
-
Wat het principaat?
-
Wanneer krijgt Octavianus de eretitel Augustus?
Dostları ilə paylaş: |
|
|