Inspiratie en het gezag van de Bijbel
René Pache
Inhoud Woord vooraf
Deel I De Openbaring
I
| Waarom is een openbaring noodzakelijk? |
II
|
Kan of wil God Zich aan de mens openbaren?
|
III
|
De eerste twee universele openbaringen
|
IV
|
Kan het verstand een onafhankelijk middel zijn?
|
V
|
De methoden en stadia van de openbaring
|
Deel II Het Woord
Deel III De inspiratie
I
|
Definitie van inspiratie, Algemene opmerkingen
|
II
|
Verschillende inspiratietheorieën
|
III
|
De algehele en woordelijke inspiratie van de Schrift
|
IV
|
Is de bijbel het Woord van God
|
V
|
De inspiratie van het Nieuwe Testament
|
VI
|
Citaten uit het Oude in het Nieuwe Testament
|
VII
|
De voortgang in de Openbaring
|
VIII
|
De eenheid van de Bijbel
|
IX
|
Foutloosheid en inspiratie
|
X
|
De moeilijkheden van de Bijbel
|
XI
|
De canon
|
XII
|
De overdracht van de tekst. De varianten
|
XIII
|
De verlichting
|
Deel IV Getuigenissen aangaande de inspiratie van de Heilige Schrift
I
|
Jezus Christus en de Heilige Schrift
|
II
|
De apostelen en de Heilige Schrift
|
III
|
Het getuigenis van de kerk over de inspiratie
|
IV
|
Waar kan verzet tegen de volledige inspiratie en de bijbelkritiek toe leiden?
|
Deel V Het gezag van de Schrift
I
|
Het bovennatuurlijke van de Schrift
|
II
|
Het goddelijke gezag van de Schrift
|
Register van verwijzingen
Woord vooraf
Mijn lippen zullen overvloeien van lof,
Want Gij zult mij uw inzettingen leren.
Mijn tong zal uw woord bezingen
Psalm 119 :171-172a
Het thema van de inspiratie en het gezag van de Heilige Schrift is een van de belangrijkste onderwerpen voor de christen. De waarheden betreffende God, Christus en het heil zijn zeker van allesoverheersende betekenis. Maar hoe kunnen we deze waarheden anders kennen dan alleen door de Heilige Schrift? Men zou kunnen zeggen, dat de inspiratie van de Schrift in dit opzicht het eerste van alle dogma’s is: als de bijbel werkelijk van God komt, aan Hem zijn gezag ontleent en geheel binnen het bereik van de mens gesteld is, dan rust de gehele geopenbaarde godsdienst op een vaste grondslag. Als daarentegen de inspiratie twijfelachtig is of slechts bepaalde gedeelten betreft of zich wijzigt naar gelang van de ervaring en de mening van de lezer of de prediker, dan wankelt alles. Als men een groot deel van de bijbel het vertrouwen niet waardig acht, dan verwerpt men niet alleen het getuigenis van de heilige schrijvers en van Christus zelf, maar dan trekt men ook hun waarachtigheid en hun zedelijke onkreukbaarheid in twijfel.
Het vraagstuk van de inspiratie is tegenwoordig meer dan ooit het terrein geworden waar de grote theologische strijd zich afspeelt. De allereerste aanval van de verleider was reeds gericht op het Woord: ‘God heeft zeker wel gezegd ...?’ (Gen. 3:1). Niettemin heeft de Kerk, evenals de synagoge, de bijbel gehouden voor wat hij pretendeert te zijn: het Woord van God. Gedurende de laatste twee eeuwen zijn de aanvallen op de bijbel steeds heviger geworden. We beleven ongetwijfeld nu de tijd waarvan Paulus zegt: ‘Elk Schriftwoord is van God ingegeven ... Verkondig het woord ... Want er komt een tijd, dat (de mensen) de gezonde leer niet (meer) zullen verdragen, maar, omdat hun gehoor verwend is, naar hun eigen begeerte zich (tal van) leraars zullen bijeenhalen, dat zij hun oor van de waarheid zullen afkeren en zich naar de verdichtsels keren’. (2 Tim. 3:16; 4:3, 4).
Het komt allemaal neer op de vraag aangaande de waarheid. Kunnen wij met Christus zeggen ‘Uw woord is de waarheid’ (Joh. 17:17), of zullen wij ons met Pilatus afvragen: ‘Wat is waarheid?’ (18:38).
Het doel van dit boek is in de eerste plaats te onderzoeken wat de Heilige Schrift zelf zegt over de openbaring en over haar eigen inspiratie, om dan bij de vermelding van hetgeen Christus en de kerk van alle eeuwen van haar getuigd hebben in het kort enkele theorieën samen te vatten die over haar in omloop zijn gebracht; en om tenslotte op de bovennatuurlijke kenmerken te wijzen die getuigen van de goddelijke oorsprong van de bijbel en die zijn soeverein gezag staven. Wij verontschuldigen ons, dat we soms in herhalingen zullen moeten vervallen, omdat bepaalde teksten of argumenten betrekking hebben op meer dan één gedeelte van onze studie. Soms is dit ook een gevolg van het feit, dat we elk hoofdstuk min of meer als één geheel hebben beschouwd, met het doel om persoonlijke studie of groepsstudie te vergemakkelijken.
Moge de wonderbare waarheid van de bijbel de lezers van dit werk zo overtuigend voor ogen komen te staan, dat van hen gezegd kan worden wat Paulus destijds over de Thessalonicenzen schreef ... ‘Wij danken God onophoudelijk, dat gij, toen gij het gepredikte woord Gods van ons hebt ontvangen, het hebt aangenomen niet als een woord van mensen, maar, wat het inderdaad is, als een woord van God, dat ook werkzaam is in u, die gelooft’. (1 Thess. 2:13).
9
Dostları ilə paylaş: |