15
708 (ende) in blive
12 men
26 muus
29 maecten
39 groeten
44 tameer
51 vorworde, tamere
56 mochte
57 (ic) in
67 wapine
70 hovede
75 hovede
80 seiden
86 joncfrouwen
97 fonteinen
804 (den)
23 neder
24 weder
28 ic (en) in
29 (ic) in
51 sdorpers
78 even
80 canele
89 ten
98 cledere uwe
901 vore
10 meerre
19 het sal mi seker leet sijn
20 neemtmen die cleder mijn
29 (sine) si
31 sout
32
vort an
33 over gerecht
34 ende doedi niet dat ic beghere
63 perde
67
bat af
981 messen
83 soude
84 alsi
85 (neder)
90 van s.d.
99 seide
1000 beide
7 verren
17 wetekeije
18 keije
34 wapine
Jaarboek van de Maatschappij der Nederlandse Letterkunde, 1865
16
1183 gheoget
91 tande
95 aerme
1205 herberge
7 seide
9
gevoech
19 vrouwen
23 sine, wapine
33 scicht
34 ioncfrouwen
35 hen
39 scichte, of
44 scichte
60 sinen orsse
72 beide
75 conste mede
76 bleef tier stede
84 wilden
91 wanen
94 wapine
1312 (te)
31 g.w. gesit met c.r.
33 liebardinnen
37 geel
53 dien
60 verscoet
70 betide, rumen thof
73 mochte
97 scoenren
1409 graken
10 hi hem, betide
25 (die) der i.
39 stillekine
48 (hem) haer
49 ten
57 moet
58 ondecte
1462 hande
63 weende
64 onnere
87 hebter
96 omme
1500 gevalse
5 verste
7 Deze verzen zijn van een latere hand.
8 Deze verzen zijn van een latere hand.
9 Deze verzen zijn van een latere hand.
Jaarboek van de Maatschappij der Nederlandse Letterkunde, 1865
19 dicwile
51 (ende) en
32 coenlike
38 dicke
46
vort
74 enen, sine
78 galienen
79 goede
85 sta
et
86 quaet
94 gheredde
2002 sonder enech langer sparen
4 bewaert
17 wapine
26 rouwe
39 hebsi
44 m.d. den anderen
48 groten
50 galienen
64 nemmer
71 dagarake
81 (wat) w'
87 mine
93 acharme
96
naturen
2101 minnen
Jaarboek van de Maatschappij der Nederlandse Letterkunde, 1865