punt samengeperst. Maar na
het scherm te hebben ontvangen, verkreeg zij een nieuwe
intentie,namelijk om niet voor zichzelf te ontvangen, doch omwille van de Schepper. Toen
“verbreedde zij zich” van een punt tot 10
sfirot, waardoor zij het licht in de
goef ontving.
27)Direct na de
Ts”A, wanneer de
bchiena dalet ophield een klie te zijn ten behoeve van het
ontvangen van het hoge licht, stelde hij een masach op. Als gevolg daarvan, ontstond de
eerste
partsoef van de wereld
Adam Kadmon. Het hoge licht trachtte om in de klie van de
malchoet binnen te komen, zoals tevoren, alsof de
Ts”A niet plaats vond. Maar de
masach die
nu vóór de klie van de
malchoet staat, weerkaatste het licht weer.
Als gevolg van deze stotende wisselwerking, steeg het
or chozer tot
het niveau kether van het
hoge licht en dit
or chozer is tot een bekleding geworden voor en kiem van (
sjorsjej keliem)
de 10
sfirot van het hoge licht, die 10
sfirot de rosj van de eerste
partsoef van de wereld
Adam
Kadmon heten. Vervolgens spreidde
malchoet de rosj zich samen met het
or chozer van
boven naar beneden, waardoor zich binnen haar nieuwe 10
sfirot vormden, die nu echte,
voltallige
keliem zijn. Al datgene, wat in de
rosj slechts in het potentieel bestond, verscheen
en vormde zich nu definitief. Zo werd het zich vormen van
rosj en
goef van de eerste
partsoef
van de wereld
Adam Kadmon beëindigd.
Na de
Ts”A, toen de
malchoet het ontvangen van het licht beperkte,
besloot zij om een zekere
portie ervan omwille van de Schepper te ontvangen.De eerste portie van het ontvangen licht
vormde de eerste
partsoef van de wereld
Adam Kadmon, dus
Kether, ofwel
Galgalta. In
totaal zijn er in de wereld
Adam Kadmon vijf
partsoefiem. De masach in de klie van de
malchoet stoot al het tot hem aankomende
or eljon. Middels de stoot (
hakaa) van de masach,
de kracht waarvan gelijk was aan alle 5
bchienot, steeg het
or chozer op het niveau
kether de
or jasjar en bekleedde de 10
sfirot de rosj van de eerste
partsoef van de
A”K. Vervolgens
verbreedde de
malchoet zich, en het licht spreidde zich binnen de
malchoet, waardoor 10
sfirot de goef waren gevormd. Het deel van het lichaam (van de
goef) van een klie, dat zich
met licht opvulde, heet
toch (inwendig deel), en het licht erin heet inwendig licht (
or pniemi).
Het deel van de
goef dat niet-gevuld achterbleef, heet “einde” (
sof), en
het licht erin heet or
chassadiem, omdat dit deel geen genieting wenst te ontvangen. De reden ervoor is, dat dit
deel geen geschikt scherm heeft en indien het wel licht zou ontvangen, zou dat leiden tot het
ontvangen van genieting voor zichzelf. De afscheiding( tussen
toch en
sof heet “navel”
(
taboer). Het licht, dat de klie niet is binnengekomen heet omringend licht
(or makief). Elke
partsoef ziet uitsluitend middels het weerkaatste licht, welk licht zich vóór hem bevindt.
Indien de weerkaatste kracht van het licht is gelijk aan de schermkracht op alle 5
bchienot,
dan ziet een partsoef het licht van het niveau
kether. Dit licht verdeelt hij in 5 delen, vult de
toch ermee, maar de
sof laat hij leeg. In de
rosj van
partsoef kan het licht van elke
willekeurige kracht schijnen, maar
malchoet pe de rosj zal alleen evenveel zien, als het
or
chozer haar toelaat. Onze zintuigen zijn ook op hetzelfde principe gebouwd. Geef hen een
grotere gevoeligheidsgraad en zij zullen bijvoorbeeld voorwerpen kunnen zien, die in
micrometers
te meten zijn, zoals microben en dergelijke, Dus alles hangt niet af van wat zich
daadwerkelijk rondom ons bevindt, maar hangt slechts van datgene, wat wij in staat zijn waar
te nemen. Alles hangt van de gevoeligheidsgraad van onze sensoren af, dus van onze
zintuigen. Elke volgende
partsoef heeft een scherm op een mindere hoeveelheid en kwaliteit
van wensen (
bchienot), dan de voorafgaande. Vandaar, dat hij een kleiner
or chozer heeft, dus
een kleinere hoogte van het weerkaatste licht. En daarom ziet hij licht van een lager niveau.
Het lijkt op een verslechtering van het gezichtsvermogen van een mens, en hij zou slechts nog
binnen een kleiner gezichtsstraal om zich heen kunnen zien.
59
Indien een scherm de taaiheid van een
bchiena giemel heeft, dan ziet het scherm het licht van
het niveau
chochma ten opzichte van de voorafgaande
partsoef. In verhouding tot zichzelf,
ontvangt hij dezelfde 5
delen van het licht NaRaNCha”J, maar dan uit het algemene niveau
chochma, in plaats van dat van
kether. Een voorbeeld uit onze wereld: een lange mens en een
mens van een kleine lengte bestaan inderdaad uit dezelfde delen. En toch zeggen wij, dat de
één een hoofd langer is dan de ander, dus de tweede heeft als het ware geen hoofd ten aanzien
van de eerste. Wij bestuderen de verspreiding van de werelden van boven naar beneden.
Nadat deze had plaatsgevonden en het gehele Heelal verschenen was, werd
Adam haRiesjon
(de Eerste mens) geschapen. Vervolgens verbrokkelde zijn
partsoef zich in 600.000 delen, die
zielen (
nesjama, mv
. nesjamot) heten. Elk van deze delen dient zijn eigen deel van het hoge
licht te ontvangen. Wanneer een ziel, dus een deeltje van de
partsoef Adam haRiesjon, iets in
de geestelijke wereld bereikt, ontvangt zij een beetje van haar lichtdeel.
En hoewel zij nog
niet met het totaal voor haar voorbestemd licht opgevuld is, neemt zij deze toestand als een
volmaaktheid waar. Maar wanneer men een beetje egoïsme aan haar toevoegt, begint zij iets
groters te wensen. Zij begint deze nieuwe portie van haar egoïsme te corrigeren en ontvangt in
de opnieuw gecorrigeerde keliem een nieuwe portie licht. En pas dan begrijpt zij, dat er nog
grotere volmaaktheid bestaat. Indien er bij een mens geen innerlijke wens, behoefte –
nekoeda
sje ba lev (“punt in het hart”) aanwezig is, dan is hij niet in staat te begrijpen hoe men zich
voor het geestelijke kan interesseren en niet slechts voor deze wereld. Waarzeggerij,
amuletten, paranormale genezing, zegeningen en dergelijke hebben helemaal niets met het
geestelijke te maken, zoals hier bedoeld. Onder het geestelijke wordt in de Kabbala alleen het
streven tot de Schepper Zelf,
dus naar Zijn eigenschappen, bedoeld. Bij nader inzien blijkt
altijd, dat alles, wat ons als bovennatuurlijk lijkt, dit in wezen helemaal niet is. Er zijn vele
psychologische, innerlijke, lichamelijke krachten die wij mensen nog niet begrijpen en die
daardoor mystiek lijken. Daarnaast zijn er charlatans en oplichters die gebruik weten te maken
van de naïviteit van mensen of zelfs die krachten misbruiken. Dit soort krachten zijn echter
gebonden aan de aarde en hebben niets te maken met het object van de Kabbala: de
persoonlijke relatie met de Schepper.
28) Daarop vond opnieuw een stotende wisselwerking plaats met de
masach, die in de klie
van de
malchoet staat, maar deze keer ontbrak in zijn masach de
bchiena dalet. De
masach
beschikte nu slechts over vier keliem:
kether, chochma, biena en
tieferet. Vandaar, dat de
volgende
partsoef van de wereld
A”K isdus op het niveau
chochma. Deze
partsoef heet
A”B.
Het
or chozer bekleedt in dit geval alleen de 4 lichten
NaRaNCh, maar het vijfde deel, dus
or
jechieda, ontbreekt.
In de derde partsoef ontbreken in de masach de
bchienot dalet en
giemel.
Daarom kwam hij op één niveau lager dan de
partsoef A”B uit, dus op het niveau
biena, en
ontbreken in hem de lichten
jechieda en
chaja. Ten aanzien van de eerste
partsoef is hij lager
op twee niveaus, en ten aanzien van de tweede op één niveau. Hij heet
biena, ofwel
Sa”G.
Vervolgens vond een
zievoeg de hakaa plaats op de
masach met de
aviejoet alef en vormden
zich
rosj en
goef op het niveau
tieferet met de lichten
nefesj en
roeach, doch de lichten
jechieda, chaja en
nesjama ontbreken. In deze
partsoef zijn er geen
keliem dalet, giemel en
beth. Vandaar, dat er geen met hen overeenkomende lichten aanwezig zijn. Deze
partsoef heet
tieferet, ofwel
M”A. De laatste, vijfde
partsoef kwam op de
aviejoet sjoresj met
het licht
nefesj uit. Hij heet
partsoef malchoet, ofwel
partsoef BO”N.
29)Dus, wij hebben behandeld de vorming van vijf
partsoefiem van de wereld
A”K, die heten:
Galgalta,
A”B,
Sa”G,
M”A en
BO”N, waar elke van de volgende
partsoefiem één niveau
lager is dan de voorafgaande. Bovendien, was dat niveau bij de voorafgaande
partsoef het
hoogste. Zo, bijvoorbeeld, aan de
partsoef A”B ontbreekt het
or jechieda, aan de
partsoef
Sa”G ontbreekt het licht
chaja dat bij de aan hem voorafgaande
partsoef A”B wel aanwezig
60