college 2
Homeostase: Regulatie van het lichaam intern
Massa balans in een open systeem
De input moet gelijk zijn aan de output.
Massa balans= lichaamsgewicht + inname en metabolische producten – excretie of metabolische verwijdering
Diffusie:
-
Passief proces
-
Van hoge naar lage concentratie, totdat concentratie gelijk is evenwicht
-
Chemisch gradiënt
-
Gerelateerd aan temperatuur
-
Omgekeerd gerelateerd aan moleculair gewicht en grootte
-
Mogelijk in open systeem en door een semipermeabel membraan
Fick’s wet van diffusie
Difussie Rate ∝ (=proportioneel aan) oppervlakte X concentratie gradiënt X membraan permeabiliteit
Waarbij membraan permeabiliteit ∝ vet oplosbaarheid / moleculaire grootte
Lichaamsvloeistof compartimenten
Extracellulaire vloeistof (ECF) en intracellulaire vloeistof (ICF) zijn in osmotisch evenwicht, maar hebben een verschillende chemische samenstelling.
Intracellulair: 2/3 van het totale lichaamswatervolume, bevat meer Kalium.
Extracullulair: 1/3 van het totale lichaamswatervolume, bevat meer Natrium, bestaat uit Interstitieel vloeistof (bevat geen eiwitten) (75%) en plasma(25%).
Hematocryt= percentage cellen in het bloed
Bloed volume (BV) = Plasma volume (PV) + Rode cel volume (RCV)
Hematocryt (Hct) = RCV/BV
BV=PV+(BV+Hct) dus BV=PV/(1-Hct)
Homeostase is geen evenwicht
Osmotisch evenwicht
Chemisch disevenwicht
Elektrisch disevenwicht
Inuline: is een plantaardige stof, niet lichaamseigen, wordt niet geresorbeerd.
De reabsorptie van creatinine moet eigenlijk 0% zijn, maar is 10% doordat???
Druk
In de per tubulaire capillairen is er alleen beweging van water vanuit het interstitium naar het capillair, dit is dus reabsorptie.
Er is een netto absorptiedruk over het hele traject omdat de aanzuigende druk van de eiwitten sterker is dan de hydrostatische druk.
De hydrostatische druk in de glomerulaire capillairen (PGC) zorgt dus voor glomerulaire ultrafiltratie. De oncotische druk in de capillairen (πGC) en de hydrostatische druk in het kapsel van Bowman (PBS) dit tegen. De oncotische druk van het filtraat in het kapsel van Bowman (πBS) is juist weer gunstig voor ultrafiltratie.
Hoe hoger de plasma flow, hoe meer van het capillaire gedeelte gebruikt wordt voor filtratie.
Filtratie fractie
Het volume van het filtraat dat gevormd wordt uit een gegeven volume plasma dat de glomeruli binnenkomt.
FF=GFR/RPF
Normale waarden: 0.2=125/600 mL/min
Peritubaire capillairen
Deze hebben twee functies:
-
Ze brengen zuurstof en voedingsstoffen naar de epitheel cellen
-
Ze zijn verantwoordelijk voor het opnemen van de interstitiële vloeistof dat door de renale tubuli is gereabsorbeerd.
Glucose transport
Glucose wordt door de proximale tubuli gereabsorbeerd via een apicale (kant lumen), electrogene Na/glucose co-transporter (SGLT) en een basolateraal (kant interstitium) gefaciliteerd diffusie mechanisme (GLUT). De reabsorptie is dus een actief transport, want het vindt tegen het concentratie verval in plaats.
Glucose titratie curve
Laat de rate glucose filtratie, excretie en reabsorptie zien.
Excretie begint pas vanaf een bepaalde plasma glucose concentratie, want gezonde mensen scheiden geen glucose uit.
Reabsorptie heeft een drempelwaarde (Tm), want op een gegeven moment zijn alle SGLT transporters verzadigd.
Splay: De rate glucose reabsorptie komt geleidelijk aan de Tm, dit komt door anatomische en kinetische verschillen in de nefronen.
Segmentale reabsoptie
Er horen geen eiwitten, aminozuren en glucose in je urine te zitten. Dit gaat van 100% naar 0%. Anders is er iets mis.
Organische anionen worden juist toegevoegd aan de urine. Dit gaat van 100% naar 600%.
Organische cationen worden ook toegevoegd aan je urine. Dit gaat van 100% naar >>100%.
Natrium: Reabsorptie van Natrium in opstijgende deel. Reabsorptie van water in afdalende deel. Dit is dus anatomisch gescheiden.
Calcium gaat van 100% naar -1%.
Magnesium gaat van 100% naar 5%. Hyper- en hypomagnesemia kunnen vele ziektes veroorzaken, vooral ziektes waarbij de hersenen een rol spelen zoals migraine, autisme, parkinson, ADHD, etc.
Fosfaat gaat van 100% naar 10%. Door een fosfaat storing kan calcium onttrokken worden aan de botten en op andere plaatsen neerslaan, ook bijvoorbeeld in de vaatwand. Dit zorgt voor de ziektes calcificatie en demineralizatie.
Urea gaat van 100% naar 40%
Diureticum: bevordert de afgifte van water door de nieren, verhoogde urine productie.
Diurese: meer uitscheiding van water.
Natriumurese: meer uitscheiding van natrium.
Uremie: Toename van de hoeveelheid Ureum in het bloed door verslechterde nier werking.
Aldosterone
Komt uitsluitend uit de bijnier en speelt een belangrijke rol in het handhaven van de bloeddruk. Het zorgt voor meer terugresorptie van water en natrium.
Renine (of angiotensinogenase)
Komt uitsluitend uit de nieren en is een belangrijke regulator van het Renine, Angiotensine, Aldosteron Systeem (RAAS). Het stimuleert de afgifte van Aldosteron.
Tubuloglomerulaire Feedback
Elk nefron heeft een anatomische ontmoetingsplaats met de Macula Densa (MD) cellen van het juxtaglomerulaire apparaat. Op deze manier kan feedback plaatsvinden. Dit is de lokale component van de autoregulatie.
Dit systeem is er om de Glomerulaire Filtratie Rate (GFR) constant te houden..
Vanuit de MD gaat één signaal naar de afferente arteriool en één signaal naar het juxtaglomerulair apparaat, waar renine wordt uitgescheiden.
Natriuretische peptiden
Komen vanuit het hart en grijpen aan op de nier. Wanneer de bloeddruk te hoog is worden ze uitgescheden. Ze zorgen onder andere voor minder Renine wat resulteert in een bloeddruk daling.
Hypovolumie: Te laag bloedvolume
Isovolumie: Een goed bloedvolume
Hypervolumie: Te hoog bloedvolume
Natrium-retineerende systemen
Moeten bij verhoogde natrium inname worden uitgezet.
Bij verandering van natriuminname duurt het 5 dagen voordat alles weer in balans is.
Kalium
Komt vooral (98%) intracellulair voor.
Kalium wordt door de bijnier waargenomen. In groente zit veel Kalium.
Insuline, epinephrine en aldosterone promoten de overdracht van extracellulaire kalium naar intracellulaire.. Dit gaat via een Na-K pomp.
Te weinig insuline, of een defecte RAAS kan dus leiden tot hyperkalemia.
Hyper- en hypokalemia: Te veel of te weinig kalium in het bloed.
Dostları ilə paylaş: |