vaten
kether, chochma en
Ga”R de biena alsmede lichten
nefesj-roeach,
en heeft geen vaten
Za”T de biena en Zo”N alsmede lichten
nesjama, chaja en
jechieda. En vervolgens, met de
komst van het nieuwe licht A”B-Sa”G uit de wereld A”K, keerde zich in de wereld
Nekoediem de toestand van de Ts”A terug, als gevolg waarvan sloten de vaten Za”T de biena
en Zo”N in
rosj zich bij de bovenstaande vaten aan, en het scherm daalde van
niekvej ejnajem
in
pe af. Dan vond een
zievoeg op de
bchiena dalet plaats, die keerde naar zijn plaats terug
(dus in
pe de rosj). Dat leidde tot het ontstaan van tien sfirot met het niveau kether. Vanaf dat
moment worden de Ts”B en de katnoet bepaald als het stijgen van de malchoet in
niekvej
ejnajem en als het afdalen van ACha”P naar beneden. En de
gadloet wordt gekenmerkt door
het aankomen van het licht A”B-Sa”G, door het afdalen van de malchoet op haar vorige
plaats, zoals bij de Ts”A en door het stijgen van ACha”P omhoog. Zoals boven reeds gezegd
is, G”E en ACha”P zijn namen van tien sfirot
KaCha”B Zo”N de rosj. De tien sfirot de goef
heten overeenkomstig ChaGa”T NeHJ”M, die eveneens in hun eigen G”E (
chessed, gvoera en
een bovenste derde van tieferet tot de chaze) en ACha”P (twee onderste
derden van tieferet en
NeHJ”M) worden ingedeeld. Onthoud bovendien, dat G”E (ChaGa”T tot de
chaze, borst)
heten tevens
paniem (gezicht, voorkant). En ACha”P (twee derden van tieferet en NeHJ”M)
heten
achoraim (achterkant). Men dient tevens te onthouden over de verdeling van traptreden
na de Ts”B, wanneer op elke traptrede slechts G”E overbleven, maar ACha”P van een
desbetreffende traptrede in G”E van een onderstaande traptrede zijn gevallen, wiens eigen
ACha”P in G”E van een nog lagere traptrede zijn gevallen e.d.
133
Nekoedot: cholam, sjoeroek, chieriek
Pagina 86 t/ 91
86) Weet, dat
nekoedot (punten) zijn in drie typen ingedeeld:
rosj, toch en
sof. De bovenste
nekoedot, die zich boven de letters in de vorm van een punt bevinden, heten rosj, of te wel
cholam. De middelste nekoedot, die zich binnen de letters in de vorm van de letter
vav met
een punt bevinden,
heten toch, of te wel,
sjoeroek. De onderste
nekoedot, die zich onder de
letters bevinden, heten
sof, of te wel
chieriek.
Wat betekent het in het geestelijke? Letters –
dat zijn vaten, en punten – dat zijn lichten.
Indien dit punt boven de leter staat, dan symboliseert het een licht, welk nog niet in het vat is
binnengekomen, maar dient erin in de toekomst binnen te komen. Zulk punt heet
cholam.
Indien een punt zich binnen het vat bevindt, dus in zijn toch, dan is dat
sjoeroek. En indien
een punt van het vat reeds uitgegaan is en zich onder hem bevindt, dan heet het
chieriek.
87)Letters – dat zijn vaten, dus
sfirot de goef. De tien sfirot van
rosj heten slechts wortels van
vaten en niet de vaten zelf.
Nekoedot – dat zijn lichten, die deze vaten doen opleven. Daarom
heet
or chochma licht des levens (heb.
or chaja). Dit nieuw licht A”B-Sa”G, welk via Zo”N
van de wereld A”K doorloopt, verlicht de vaten van de wereld Nekoediem, waarmee het
bijdraagt aan het afdalen van de malchoet in elke traptrede uit
niekvej ejnajem in
pe en doet
daardoor ACha”P terugkeren. Als gevolg daarvan, komen alle lichten op hun plaatsen te
staan. Dit licht keert de keliem uit de toestand van de Ts”B in de toestand van de Ts”A, dus
uit de
katnoet in de
gadloet. Op die manier doet het licht A”B-Sa”G de vaten opleven en wekt
zij op, waardoor het zich in hen bekleedt.
In de wereld Nekoediem bekleedden zich Abba ve Iema in de toestand katnoet op de ACha”P
van kether. De Zo”N bekleedden zich op de ACha”P van Abba ve Iema, en ACha”P de Zo”N
bevonden zich onder de
parsa. Zulke toestand ontstond na de
zievoeg in
niekvej ejnajem van
rosj de Sa”G. Thans onder invloed van het nieuwe licht A”B-Sa”G, daalde het scherm in
rosj
de Sa”G van
niekvej ejnajem in
pe de rosj af
en maakte daar een zievoeg met
or chochma van
de A”B. Voor alles daalde het licht in
rosj van kether en sloot bij de kether zijn ACha”P aan
en het licht Ga”R. Dit licht liet aan het vat weten, dat wat is de Schepper. Het vat wordt
volkomen met het altruïsme doordrongen en kan nu met al zijn tien wensen werken, door een
zievoeg dehakaa op hen te maken. Op die manier gaat het vat uit de toestand katnoet in die
van
gadloet over.
88)Wij weten al, dat de Zo”N van de wereld A”K bestraalde met het nieuwe licht de tien
sfirot van de wereld Nekoediem via twee wegen: via de
taboer bestraalde hij de kether van de
wereld Nekoediem, en via de
jessod bestraalde hij Abba ve Iema van de wereld Nekoediem.
En weet, dat het licht, welk via de
taboer komt, heet
cholam en het schijnt boven de letters
uitsluitend in de kether,
dus het stelt het niveau zachar (active mannelijke beginsel) voor, of te
wel,
hietlabsjoet. En het kan zich niet in de vaten van goef verspreiden, die heten letters. En
daarom wordt het geacht, dat het schijnt slechts van boven boven de letters, maar in de letters
134
zelf wordt het niet verspreid. Het licht, dat via de jessod komt, heet sjoeroek, dus vav met een
punt, wat betekent, dat het zich binnen de letters bevindt en komt in
Abba ve Iema terecht, die
een vrouwelijk beginsel van
rosj van de wereld Nekoediem zijn. Dit licht verspreidt zich ook
in de goef, dus Za”T van de wereld Nekoediem, die heten letters. Dus,
nekoedat sjoeroek zich
binnen de letters bevindt.
Indien wij het Hebreeuwse alfabet, de Thora,
gaan bekijken, dan zullen wij zien, dat daar zijn
er veel punten binnen de letters, en niet slechts “
vav” met een punt. Bijvoorbeeld, “
pej” en
“
fej”, “
beth” en “
vet”. Maar met punten kunnen ook “
mem” en “
tav” zijn. Al deze wetten
komen uit de stelregels van de geestelijke wereld. Wij zullen later het alfabet bestuderen, dat
doorgaans van biena, Z”A en malchoet van de wereld Atsieloet afkomstig is, en die laatsten
volkomen met Zo”N en ACha”P van de Abba ve Iema der wereld Nekoediem overeenkomen.
In de biena bevinden zich de eerste letters van “
alef” tot “
tet”, in de Z”A – letters van “
chav”
tot “
tsadiek”, en de laatste vier letters “
koef”, “
rejsj”, “
sjien” en “
tav” zich in de malchoet
bevinden. Alle punten boven de letters (kroontjes), punten binnen de letters of onder hen – al
deze spreken slechts over de geestelijke toestand van een partsoef. Elk woord in het
Hebreeuws zegt iets over het Heelal en betekent, dat je in je vat één of ander geestelijk licht
ontvangt. Een combinatie van een vat en een licht wordt door een code weergegeven, die
“woord” heet, en in deze code zijn alle correlatie tussen het licht en het vat vestgelegd: het
scherm,
aviejoet e.d. Elke letter draagt in zichzelf een gigantische hoeveelheid informatie
door
haar contour, verhouding tot de voorafgaande letter. Wanneer de mens één of ander
woord uitspreekt, geeft hij daarmee zijn gevoel weer in elk woord, welk in hem (in zijn
gevoel – vert.) genoteerd wordt en het zegt over het geestelijke niveau van een partsoef.
In onze wereld waarnemen wij geen geestelijke overeenkomsten tussen een vat en een licht,
dus door een taal te gebruiken begrijpen wij de innerlijke geestelijke betekenis der woorden
niet. Deze gaan van de Thora uit en eenduidige geestelijke informatie dragen. Het is
onmogelijk om één of ander ding met een ander woord, benaming te benoemen. Bijvoorbeeld,
het woord “
maim”, welk uit twee letters
mem bestaat (één ervan is een eindletter
mem, de
zogenaamde
mem sofiet) en uit bepaalde punten, geeft ons exact de essentie van het water
weer. En zo elk woord. Het is bekend, dat de kabbalisten verrichten met de letters zekere
handelingen. Daaronder mag men in geen geval verstaan,
dat zij iets op het perkament, papier
e.d., opschrijven. Wanneer men zegt, dat de kabbalisten met letters opereren, dan bedoelt men
uitsluitend geestelijke handelingen, dus het ontvangen van licht in vaten middels een scherm
en het weerkaatste licht. Deze handelingen zijn niet zichtbaar aan de materiële oog.
89)Enfin, wij hebben vastgesteld de betekenis van punten
cholam en
sjoeroek. Het schijnen
van het nieuwe licht via de taboer, dat het scherm uit niekvej ejnajem van de rosj van kether
in zijn pe naar beneden brengt en de Acha”P van kether op hun traptrede terugkeert, heet
nekoedat cholam, die schijnt boven de letters. En het schijnen van het nieuwe licht via de
jessod, het scherm uit niekvej ejnajem van Abba ve Iema in pe naar beneden brengt en hun
ACha”P op hun plaats terugkeert. Dit licht schijnt van binnen de letters en heet
sjoeroek. En
deze mochien (licht Ga”R) lopen tevens in de Za”T van de wereld Nekoediem door, die
letters heten,
dus vaten, die dit licht dan ook ontvangen.
Maar uit
rosj van Abba ve Iema, die rosj de
aviejoet heet, in tegenstelling tot rosj van kether,
die
rosj de hietlabsjoet heet, verspreidt het licht zich in
goef de Zo”N.
90)Chieriek – dat is het nieuwe licht, dat Za”T rechtstreeks van Abba ve Iema ontvangen en
welk brengt de malchoet uit de chaze naar beneden in de plaats van
siejoem van de wereld
135