Inleiding tot de wetenschap Kabbala

zijn, als het ware, de vullingen van de plaats, die nooit veranderen. Ten opzicht van de plaats 
meten wij stijgingen en afdalingen. Indien de plaatsen niet permanent waren, dan zou het niet 
mogelijk zijn om een beweging te bepalen, waarmee (met beweging – vert.) wordt genoemd 
een verandering van één ten opzicht van een ander. Zoals wij reeds hebben gezegd, men dient 
te onderscheiden de plaats van de werelden BieJ”A van hen zelf. De plaats van de werelden 
BieJ”A is gevormd door de vaten van Nekoedot de Sa”G, en zij bevinden zich onder de parsa: 
twee derden van tieferet – de plaats van de wereld Brieja. Netsach, hod, jessod – de plaats van 
de wereld Jetsiera. En de malchoet – de plaats van de werels Asieja. Wat de werelden zelf 
betreft, bevindt de wereld Brieja zich op het moment van zijn ontstaan op de plaats van de 
Z”A van de wereld Atsieloet, dus heeft met hem één niveau, en de wereld Jetsiera bevindt 
zich hetzij op het niveau van de noekva van de wereld Atsieloet (de toestand paniem be 
paniem), hetzij heeft op dit niveau slechts 4 eerste sfirot, en 6 laatste sfirot bevinden zich 
onder de parsa op de plaats van 6 eerste sfirot van de wereld Brieja. Het 10
e
 deel, dus het 
meest kleine, heet in elke partsoef malchoet ook na de TS”B, tot aan de Gmar Tiekoen kan 
men de malchoet niet gebruiken, daarom wordt de besnijdenis gedaan, dus het verwijderen 
van deze sfira en doet zich een zievoeg voor slechts op de ateret ha-jessod. In onze groep 
dragen wij het 10
e
 deel van onze inkomsten af (let. verzamelen – vert.), welk mag men, 
a.h.w., niet gebruiken tot de Gmar Tiekoen, en men mag slechts van de gecorrigeerde 9 delen 
gebruikmaken. Dit wordt gedaan ter overeenkomst met de geestelijke werelden. 
 
149) De wereld Asieja, die werd gecorrigeerd middels de wereld Jetsiera, wordt bepaald als 
een traptrede, waarop vandaag de wereld Brieja zich bevindt, omdat de wereld Jetsiera was 
toen op de traptrede van de noekva de Atsieloet. Daarom een traptrede onder haar behoort tot 
de wereld Asieja, dus de huidige wereld Brieja. Echter, slechts de 4 eerste sfirot van de wereld 
Jetsiera waren op het niveau van de noekva de Atsieloet, en de 6 laatste sfirot van de wereld 
Jetsiera bevonden zich op het niveau van de wereld Brieja. Daarom tevens in de wereld Asieja 
bevinden zich vier eerste sfirot op het niveau van de 4 laatste sfirot van de wereld Brieja, en 
de 6 laatste sfirot van de wereld Asieja bevinden zich op de plaats van 6 eerste sfirot van de 
huidige ligging van de wereld Jetsiera. 
 
Derhalve, 4 sfirot van de netsach-hod-jessod-malchoet van de huidige wereld Jetsiera en alle 
10 sfirot van de huidige wereld Asieja hielden op tot de heiligheid te behoren en kwamen in 
de afdeling kliepot, dus ongecorrigeerde wensen, omdat op het niveau vanaf de chaze van de 
Jetsiera tot de siejoem van de Asieja kan niets, behalve kliepot, zich vestigen, aangezien de 
zuivere werelden de plaats innemen tot de chaze van de huidige wereld Jetsiera. Nu hebben 
wij de ligging van niveaus van de traptreden van de werelden BieJ”A zelf opgehelderd 
alsmede hun vestigingsplaats, die was gecreëerd nog vóór het ontstaan van de werelden 
BieJ”A.  
 
Enfin, vóór de zondeval van Adam haRiesjon, op het moment van het creëren van de 
werelden BieJ”A, waren de werelden en partsoefiem opgesteld als volgt:  
 
1.  De Z”A van de wereld Atsieloet bevond zich op het huidige niveau van de Ariech 
Anpien (Abba, chochma). 
2.  De malchoet (noekva) van de wereld Atsieloet bevond zich op het niveau van Abba ve 
Iema (biena). 
3.  De wereld Brieja bevond zich op het niveau van de huidige Z”A van de wereld 
Atsieloet.  
4.  De bovenste vier sfirot van de wereld Jetsiera bevonden zich op het niveau van de 
malchoet van de wereld Atsieloet, en onderste 6 – op het niveau van 6 bovenste sfirot 
 
191

---

van de huidige wereld Brieja. Men kan zeggen, dat de plaatsen van de malchoet en de 
Z”A van de wereld Atsieloet in de toestand gadloet (10 sfirot ieder) bevinden zich niet 
één onder de andere, doch parallel, op hetzelfde niveau. Wanneer de malchoet zich in 
katnoet bevindt, zijn haar bovenste 4 sfirot op het niveau van 4 onderste sfirot Z”A 
bevinden, vervolgens komt de parsa, de 6 haar onderste sfirot bevinden zich onder de 
parsa. 
5.  De bovenste 4 sfirot van de wereld Asieja bevonden zich op het niveau van 4 onderste 
sfirot van de huidige wereld Brieja, en de onderste 6 sfirot bevonden zich op het 
niveau van de huidige wereld Jetsiera. Derhalve, alle werelden bevonden zich toen op 
14 sfirot hoger, dan nu. 
 
Na het breken van de vaten steeg het scherm in rosj de Sa”G met alle resjiemot, die na het 
breken boven de parsa zijn overgebleven, alsmede met alle scherven, die naar beneden  
vielen. In niekvej ejnajem van de kether de rosj de Sa”G bevindt zich het scherm, welk begint 
zievoegiem te maken op de in hem na het breken resterende resjiemot. Aangezien het breken 
van de vaten vond plaats op de gehele Malchoet van de Oneindige wereld, bleven de 
resjiemot op alle typen van gebroken en onder de parsa gevallen vaten over. De masach zoekt 
aanvankelijk de beste resjiemot uit en maakt op hen een zievoeg. De volgende zievoegiem 
doen zich voor op de resjiemot in volgorde van hun verslechtering. Uit deze twee zievoegiem 
ontstaan achtereenvolgend partsoefiem van de beste tot de slechtste. Eerst ontstaat de Atiek, 
vervolgens de Ariech Anpien, Abba ve Iema, IesjSoe”T, Z”A en noekva van de wereld 
Atsieloet. Hiermee beëindigen alle resjiemot van G”E, dus de gevende vaten. Behalve de 
vaten, die slechts één wens hebben – hetzij om  te geven, hetzij om te ontvangen, verschenen 
vaten, waarbij deze wensen zijn vermengd. Thans kan men ze uitsorteren en maken van hen 
aanvullende partsoefiem. Met dit werk begint zich de malchoet van de wereld Atsieloet bezig 
te houden. Aanvankelijk vertegenwoordigt zij slechts een punt, door slechts over één sfira te 
beschikken – kether. Vervolgens stijgt zij in de Z”A op en ontvangt daar de toestand katnoet. 
Daarna komt zij omhoog in de biena en wordt even groot, als die daar (biena –vert.), - nu is 
zij in staat om voort te brengen, als de hogere partsoefiem. Terwijl zij zich op het niveau 
biena bevindt, maakt zij een zievoeg op de beth de aviejoet en brengt de wereld Brieja voort, 
die, na in de biena te zijn ontstaan, dient één traptrede lager dan haar moeder af te dalen, dus 
op het niveau Z”A van de wereld Atsieloet. De wereld Jetsiera wordt ontstaan uit een zievoeg 
dehakaa op giemel de aviejoet en daalt al onder het niveau van de Z”A, dus in de noekva van 
de wereld Atsieloet. De noekva bevindt zich niet helemaal onder de Z”A, maar wordt op hem 
gelegd met haar 4 bovenste sfirot, en zes haar onderste sfirot bevinden zich onder de parsa. 
Daarom neemt de wereld Jetsiera de plaats van de noekva, en zijn 4 eerste sfirot eveneens 
bedekken de 4 sfirot Z”A, en 6 onderste sfirot worden opgelegd op zes onderste sfirot van de 
noekva onder de parsa, dus zij vallen samen met de 6 eerste sfirot van de plaats van de wereld 
Brieja in haar huidige opstelling. Indien één of andere partsoef stijgt op of daalt op één of 
ander geestelijk niveau, betekent dit, dat hij op zich de eigenschappen van het geestelijk 
niveau overneemt, waar hij zich op dit gegeven moment bevindt. Zelfs in onze wereld, indien 
bij een mens opeens een wens verschijnt om één of andere goede daad te doen, dan wordt het 
geacht, dat hij verbetert zijn eigenschappen en stijgt op. “Ik stijg op”  betekent, dat daarbij 
mijn eigenschappen al niet overeenkomen met de traptrede, waarop ik mij bevond vóór dat 
stijgen, doch met een hogere traptrede, waar ik mij, a.h.w. bekleedt op.  
 
Straks zullen wij gaan bestuderen, hoe alle partsoefiem van de wereld Atsieloet 
achtereenvolgend de overeenkomende partsoefiem van de wereld Adam Kadmon zullen 
bekleden. De ladder van de geestelijke werelden is op zichzelf onveranderlijk, - zij kan slechts 
in het geheel naar boven en naar beneden verschoven worden ten opzicht van iets. Maar in het 
 
192

---