Inleiding tot de wetenschap Kabbala



Yüklə 1,26 Mb.
Pdf görüntüsü
səhifə59/103
tarix22.10.2018
ölçüsü1,26 Mb.
#75506
1   ...   55   56   57   58   59   60   61   62   ...   103

ontstaan van de werelden, leren wij het ontstaan van de geestelijke omgeving, waarin 
vervolgens de menselijke zielen zullen wonen. De werelden dragen bij aan het ontstaan van 
de ziel van Adam haRiesjon. Daarna verbrokkelde zijn ziel zich in vele scherven, elke 
waarvan stelt een menselijke ziel voor. Deze menselijke ziel, na zijn correctie doorgelopen te 
zullen hebben, zal in staat zijn om het licht te ontvangen, waarbij zij alle verzwakkende sferen 
zal wegtrekken en zich verheffen. 
 
De parsa heet “het punt van de toekomstige wereld”. De siejoem van de Galgalta heet “het 
punt van deze wereld”. Het verschil tussen deze twee punten – dat is de afstand, waar de 
werelden BieJ”A zich bevinden. De wereld Atsieloet heet Gan Eden. In onze wereld hebben 
wij een opgave: hoe de gevende vaten (G”E) te verkrijgen. Deze toestand bereiken wij door 
het barriere (machsom) over te steken en ons tot de parsa voort te bewegen. Alleen in de 
wereld Atsieloet beginnen wij corrigeren ook de vaten van ontvangst (ACha”P). Dat betekent, 
dat in de loop van 6000 jaren-traptreden zullen wij alleen de altruïstische wensen verkrijgen. 
Uitkomend in de 7
e
 duizend jaar, dus in de wereld Atsieloet, kunnen wij geleidelijk de 
egoïstische wensen corrigeren. Dat heet opwekking van dode egoïstische wensen, die vroeger 
voor gebruik verboden waren. Dat neemt nog 4 duizend jaren in beslag. De tiende duizend 
jaar betreft al de geheimen van de Thora, waarover men niet mag spreken. In het geestelijke is 
er geen tijd in onze opvatting. Het zogenaamde duizend-jaar-durende kan men doorlopen ook 
in één dag, indien men maar dienovereenkomstige correcties verricht. Een geestelijke 
traptrede heet jaar, omdat na een traptrede doorgelopen te hebben, verrichten de wensen des 
mensens ziels een volledige cyclus der veranderingen. Wij bestuderen de meest noodzakelijke 
wetenschap in het leven, waardoor men ook alle andere bevat. Stelt u zich een lege ruimte 
voor, waarin uw “ik” verschijnt. Deze “ik” bestaat uit zintuigen, dus een mogelijkheid iets te 
waarnemen. Datgene, wat je binnen je zintuigen gewaarwordt, heet je wereld. En wie geeft je 
deze waarneming? De Schepper. Hij verschijnt onbegrijpelijk waarvandaan, dus Hij bestaat 
van buiten, maar je kan Hem waarnemen alleen binnen jezelf. De mensen verschillen van 
elkaar door verschillende stellen wensen om te genieten. Bij één   overheerst de wens naar 
macht, bij andere naar geld. Eén wenst meer dierlijk genot, de ander is aangetrokken door de 
wetenschap. Ook in de geestelijke wereld bestaan dergelijke wetmatigheden. Het is 
onmogelijk om in het geestelijke wezen van een ander “binnen te komen”. Daarom kan men 
nimmer zijn eigen waarneming met die van een ander vergelijken, omdat ieder hem via zijn 
eigen stel wensen doorlaat. Wij kunnen de waarnemingen van het opnemen van één en 
hetzelfde voedsel door verschillende mensen niet vergelijken, hoewel het én daar én hier, 
bijvoorbeeld, zoet zal zijn. Alleen het licht van de Schepper is gemeenschappelijk voor allen. 
 
Datgene, wat noodzakelijk is voor het bestaan, wordt niet als egoïstische bestempeld, maar de 
behoeften bij verschillende mensen verschillen. Indien ik tevreden zou zijn met het feit, dat ik 
niets nodig heb voor mijn bestaan, dan zou ik vrij van alles zijn en onafhankelijk. Maar ik ben 
gedwongen om een zekere tijd aan het bevredigen van de behoeften van mijn lichaam te 
spenderen, omdat zo creëerde mij de Schepper. Hoewel dat toch niet als egoïsme wordt 
geacht,  zou ik blij zijn ook dat niet te doen, maar het hangt van mij niet af. Het egoïsme is 
een uitvoering volgens zijn eigen wens. En hier de mens zelf dient te bepalen, wat voor hem 
noodzakelijk is voor het bestaan van zijn lichaam, en wat overbodig is, dus wat gaat naar de 
bevrediging van zijn egoïstische wensen. Maar het belangrijkste, waar men naar toe dient te 
streven is om de Schepper te waarnemen. Geleidelijke waarneming van de Schepper zal ons 
kracht geven, zekerheid en een mogelijkheid om vooruit te gaan, door zijn bestaande situatie 
correct in te schatten. De Kabbala maakt van de mens geen fanaticus en verplicht hem niet om 
iets zich te ontzeggen. Integendeel, zijn wenst ons tot de meest volledige volmaaktheid en 
genieting te brengen. Alleen die gedachten, die bij u opkomen bij het lezen van een ware tekst 
 
121


met uiteenzetting van een ware Leraar, kunnen tot het nodige resultaat leiden. Indien bij een 
onderbreking van het lezen in het boek uw gedachten voerden u van de Kabbala weg, rekent 
maar, dat u zich al buiten haar bevindt. De Kabbala brengt ons tot zo’n staat, wanneer het 
punt in het hart begint zich al te waarnemen, wanneer je schat jezelf in niet vanuit het 
standpunt van de egoïstische wensen, maar volgens het begrijpen van het Heelal en je plaatst 
erin, dus vanuit het standpunt van het altruïsme. En dan ontstaat er een tegenspraak tussen het 
egoïsme en het altruïsme, die leidt ertoe, dat de mens scheeuwt tot de Schepper met een 
verzoek om hulp, opdat Hij hem van het egoïsme zou bevrijden. 
 
In elke partsoef is er rosj de hietlabsjoet en rosj de aviejoet. In rosj de hietlabsjoet is de 
informatie besloten over datgene, welk licht in de voorafgaande partsoef geweest was, en in 
rosj de aviejoet is het bekend, die masach in het gegeven moment aanwezig is. Deze twee 
soorten informatie is het enige, dat überhaupt in het Heelal bestaat: de kracht van het licht en 
de kracht van de klie. Zij geven ons twee soorten opvattingen over de kracht der genieting in 
het licht van de Schepper en over de kracht van het scherm in de klie. Vervolgens, na een 
dergelijke berekening in het hoofd, ontvangt een vat in zijn goef één of ander deel van het 
licht omwille van de Schepper. Zoals reeds is gezegd, in de wereld Nekoediem rosj de 
hietlabsjoet heet kether, en rosj de aviejoet – Abba ve Iema. Maar in deze wereld Nekoediem 
bestaat ook nog het derde hoofd – IesjSoe”T, maar wij rekenen deze gewoon niet bij, omdat 
hij behoort tot Ts”A, dus zich boven de taboer bevindt en wordt als een deel van de Sa”G 
geacht. De kether en Abba ve Iema horen al bij de Ts”B. Op elke resjiemo dient een gedachte 
te ontstaan, die zich vervolgens in actie verwerkelijkt. Een gedachte, die op basis van een 
vorige genieting ontstond, dus resjiemo de hietlabsjoet, rosj  kether, kan zich nu in niets 
verwerkelijken wegens het ontbreken van een scherm ervoor. En alleen als gevolg van een 
zievoeg op een resjiemo de aviejoet, kan een lichaam van een partsoef ontstaan, dus een 
handeling. De wereld Nekoediem bestaat uit rosj de Ketherrosj de Abba ve Iema en het 
lichaam – Zo”N, die sluiten in zich zeven sfirot. ACha”P de Zo”N bevindt zich onder de parsa 
en sluit zich bij de partsoef aan alleen in de toestand van gadloet. Maar daarbij brengen 
ACha”P hun egoïstische wensen zelfs op de altruïstische vaten over, dus de G”E, dat volgens 
de Ts”A tot het verloren gaan van het scherm leidt, tot het verbreken van vaten en het 
verdwijnen van het licht. Er blijven slechts lege egoïstische wensen over. 
 
Nu bestuderen wij de toestand van katnoet van de wereld Nekoediem, die ontstond als gevolg 
van een zievoeg op de resjiemot beth/alef. Wij komen volkomen nieuwe begrippen tegen, die  
moeten zorgvuldig bestudeerd worden, omdat op hen is onze klie opgebouwd, dus onze ziel. 
Wij zijn gecreëerd op basis van de wetten Ts”B, en, na 6000 jaren-traptreden te hebben te 
boven gekomen, lopen wij de weg door vanaf onze wereld tot de parsa, en vervolgens stappen 
in de wereld Atsieloet binnen. Het schema van het Heelal, zoals dat door de kabbalisten van 
boven naar beneden beschreven is, en de weg van het bevatten door de mens van geestelijke 
werelden van beneden naar boven, loopt via dezelfde traptreden door. Eigenlijk, schiep de 
Schepper alle werelden juist daarvoor, opdat zij de traptreden zouden worden van het 
menselijke bevatten. De weg van boven naar beneden is zorgvuldig door de kabbalisten 
beschrijven, en de weg van het bevatten van beneden naar boven elke mens bevat hemzelf, het 
is onmogelijk deze te beschrijven. Wij bestuderen de wetten van het geestelijke Heelal en wij 
dienen ze te weten, indien wij in de geestelijke wereld wensen te bestaan. De wetten van de 
Ts”B – dat zijn ook de wetten van onze wereld, maar wij zien ze in materiële bekleding: 
natuurkundige, chemische, biologische, in de maatschappijleer. Al deze wetten verschijnen 
voor ons in een puur uiterlijke vorm, maar indien men wat dieper erin graaft en wat dieper 
binnenin komt, dan zullen wij zien, dat ook zij zijn opgebouwd op het verspreiden van het 
 
122


Yüklə 1,26 Mb.

Dostları ilə paylaş:
1   ...   55   56   57   58   59   60   61   62   ...   103




Verilənlər bazası müəlliflik hüququ ilə müdafiə olunur ©genderi.org 2024
rəhbərliyinə müraciət

    Ana səhifə