Inleiding tot de wetenschap Kabbala



Yüklə 1,26 Mb.
Pdf görüntüsü
səhifə52/103
tarix22.10.2018
ölçüsü1,26 Mb.
#75506
1   ...   48   49   50   51   52   53   54   55   ...   103

uitstorten van het licht toe, en wenst niets te ontvangen. En de kracht van deze wens duuwt de 
gehele Schepping van het begin tot het einde naar gmar tiekoen. Alles, wat met de Schepping 
gebeurt, al de wens van de malchoet om zichzelf te corrigeren, opdat zij aan de Schepper 
gelijk zou zijn, vindt zijn weerspiegeling na de Ts”A. En daarvoor beschikt de malchoet over 
de krachten, omdat zij volledig met het licht was gevuld, welk zijn eigenschappen aan haar 
overbracht. 
 
Een hogere toestand geheel bepaalt en voortbrengt een lagere, die hemzelf is, maar op een 
lager niveau. Waarmee, bijvoorbeeld, onderscheidt de Galgalta zich van de A”B? Daarmee, 
dat de A”B werkt voor de Schepper met mindere kracht. Maar beide gebruiken zij de 
egoïstische keliem voor het werk ten behoeve van de Schepper. De Sa”G kan dat niet meer 
doen, daar zijn scherm is nog minder dan bij de A”B, daarom juist kan hij niet omwille van de 
Schepper ontvangen, en kan alleen maar, gelijk de biena, niets voor zichzelf ontvangen. Maar 
omdat hij niets ontvangt, dus hij maakt geen gebruik van zijn vaten van ontvangst omwille 
van de Schepper, kan hij die egoïstische wensen met het licht chassadiem vullen, welke de 
voorafgaande partsoefiem niet in staat waren te vullen. Zoals reeds is gezegd, op or 
chassadiem geldt de Tsiemtsoem niet en daarom kan de partsoef Sa”G onder de taboer 
afdalen. Verder brengt hij de wereld Nekoediem voort, en vervolgens ook de wereld 
Atsieloet. Eigenlijk, is het juist de biena, de Sa”G, die de eerste en de enige wens van de 
Schepping is, welke allen in beweging brengt. De bchienat sjoresj – dat is de wens van de 
Schepper om de Schepping te vergenoegen. De bchiena alef – dat is de Schepping, welke de 
Schepper zelf schept. En slechts de bchiena beth, biena – dat is de reaktie van de Schepping 
zelf om aan de Schepper gelijk te zijn. Deze haar eigenschap geeft in de toekomst een richting 
aan de ontwikkeling van de gehele schepping tot aan de eindcorrectie toe. De Sa”G 
verspreidde zich zowel boven de taboer van de Galgalta, als ook onder hem in de vorm van 
de nekoedot. Van de resjiemot Sa”G boven de taboer ontstonden partsoefiem M”A Eljon en 
Bo”N Eljon. En op de resjiemot, die van onder de taboer de Galgalta stegen, maakt de Sa”G 
een zievoeg en brengt een partsoef van de wereld Nekoediem voort. De Sa”G is doordrongen 
met de wensen dalet/giemel onder de taboer en wenste hen te vullen. Stel je voor, dat je én de 
wens om  te geven én de wens om te ontvangen geeft. Eigenlijk, heeft de schepping geen 
altruïstische wensen om  te geven, zij is geschapen op een puur egoïsme, dus op de wens om 
te genieten. Maar men kan wel genieten, én door het ontvangen van het licht chochma, dus te 
genieten van directe ontvangst van een genieting (licht van de Schepper), én door het 
ontvangen van het licht chassadiem, dus te ontvangen van genot uit de gelijkenis van zijn 
eigenschappen aan die van de Schepper, uit “het niet-ontvangen”. Daarom definiëren wij, 
a.h.w., twee wensen van de schepping: om te ontvangen en om te geven. Maar de Schepper 
schiep alleen één wens – om te ontvangen. 
 
Wanneer de mens werkt alleen met de wens om  te geven, dan maakt hij een tsiemtsoem op al 
zijn egoïstische wensen en zich in katnoet bevindt. Hoe kan men deze toestand van katnoet 
oproepen? Indien alle wensen van de mens zijn groter dan zijn scherm, dan rest hem niets 
anders, dan om ze als vaten van ontvangst niet te gebruiken. In zulke staat bevinden wij ons 
allemaal. Het enige, wat wij kunnen is alleen al onze wensen om te ontvangen niet in werking 
te brengen. Deze toestand heet “oebar”, dus embryo. Malchoet – dat is de wens om te 
ontvangen omwille van het ontvangen, een puur egoïstische wens. Indien alle wensen van de 
mens alleen door een zulke intentie worden doordrongen, dan betekent het, dat de malchoet in 
de biena steeg, dus zij heerst over al haar wensen vanaf de biena en eronder. Dat is de Ts”B. 
Wij zelf kunnen een dergelijke wens in ons niet corrigeren. Het enige wat mogelijk is, is om 
in een groep te werken onder leiding van een rav en met betrouwbare bronnen, wanneer, door 
het inbrengen in dergelijke lessen van nodige inspanningen, kan men een verhevener licht van 
 
105


de Schepper naar zich opwekken - Zijn invloed, Zijn waarneming, welke ons zullen helpen 
om anti-egoïstische krachten (scherm) te verkrijgen. In die mate, waarmee wij aan het 
egoïsme weerstand zullen kunnen bieden, zullen wij de Schepper waarnemen en in ons de 
intentie zal verschijnen om omwille van Hem te werken. Zo is de wet, dat wanneer een 
kleinere partsoef de hogere begint te waarnemen, dan verkrijgt hij de wens, de intentie om 
alles voor hem te doen. Indien wij over zulke wens nog niet beschikken, dan is dat alleen 
omdat wij de hogere partsoef niet waarnemen. De Schepper onthulde zich aan ons nog niet, 
omdat over ons het egoïsme heerst, welk het altruïsme bedrukt, en voorlopig waarnemen wij 
ons als zelfstandig en onafhankelijk van de Schepper. Maar wanneer Hij zich aan ons zal 
openbaren, zullen wij terstond Zijn slaven worden. Ter verandering van één of andere van 
mijn eigenschappen dien ik voor alles te begrijpen, dat zij mij schade toebrengen, en 
vervolgens de Schepper om hun verandering naar de altruïstische te verzoeken. Dit proces 
heet “het zich bewustworden van het kwaad”. Al het leren is erop opgebouwd. Wij zijn hetzij 
slaven van ons egoïsme, hetzij slaven van de Schepper. Het is belangrijk om te begrijpen, aan 
wat men de voorkeur geeft. De vrijheid ligt hem in een vrije keuze voor één boven de ander. 
Een waarneming van het leed bepaalt het gedrag van de mens. De Schepper gaf aan een 
moeder de wens om van haar kind afhankelijk te zijn en om alles voor hem te doen. Aan 
sommige mensen geeft de Schepper een vermogen om het leed van anderen te waarnemen. 
Maar in de regel, ieder lijdt eronder, dat hij zijn eigen egoïstische wensen niet kan bevredigen. 
 
61)Het is nodig om te begrijpen, dat omdat de 10 sfirot van de wereld Nekoediem en M”A van 
de wereld A”K van de niekvej ejnajem van het hoofd Sa”G zijn uitgekomen (dus de grens 
tussen de “gevende” vaten en de vaten van ontvangst, of Ga”R en Za”T de biena), hadden zij 
de Sa”G moeten bekleden van pe van het hoofd en eronder naar hetzelfde principe als de 
vorige partsoefiem eruit kwamen: elke lagere bekleedt een hogere vanaf pe van het hoofd en 
eronder. Waarom hier dan daalden zij lager af en bekleedden de plaats onder de taboer de 
A”K? Om dat te begrijpen, dient men te weten hoe vond het onderlinge binnendringen van de 
biena in de malchoet plaats dat tot hun éénwording leidde. 
 
62)Het gaat erom, dat wanneer partsoef de Sa”G eruitkwam, werd hij in het geheel boven de 
taboer van de Galgalta beëindigd. Dat deed zich voor naar hetzelfde principe, als bij de A”B, 
omdat hij niet onder de taboer en eronder kon afdalen waar de bchiena dalet van de Galgalta 
heerst in de vorm van tien sfirot de siejoem. En in de partsoefiem A”B en Sa”G is er niets 
gemeenschappelijks met de bchiena dalet. Maar toen de nekoedot de Sa”G begonnen eruit te 
komen na het verzwakken van de masach vanaf beth de aviejoet en giemel de hietlabsjoet tot 
alef de aviejoet en beth de hietlabsjoet, en de taamiem de Sa”G verdwenen, kwam het niveau 
van de nekoedot Va”K (zes sfirot), dus Z”A, waarin drie eerste sfirot ontbreken. Daar is er 
geen or chochma, maar is slechts or chassadiem. Deze toestand overeenkomt in het geheel 
met de eigenschappen van de tien sfirot de siejoem onder de taboer, die zich tevens in de 
toestand van Va”K bevinden. Wij weten, dat overeenkomst qua eigenschappen in het 
geestelijke verenigt hen tot één. Daarom daalden Nekoedot de Sa”G onder de taboer en 
vermengden zich daar met Zo”N (Z”A en malchoet) van de wereld A”K tot één geheel. 
Men dient te weten, dat met ‘Nekoedot de Sa”G’ bedoeld wordt niet de biena, die het licht 
chochma niet wenst te ontvangen. Alles waar wij het over hebben is slechts over de malchoet! 
Deze malchoet heet ‘biena’ omdat zij weet, dat zij niet staande zal houden tegen genieting van 
het licht chochma, en daarom wenst zij zich niet aan verleiding bloot te stellen. Zij is in het 
geheel niet geïnteresseerd in het licht chochma, maar slechts in het licht chassadiem. Laten 
wij het begrip ‘stijgen van Ma”N’ bekijken. Ma”N – dat zijn de eerste letters van woorden 
‘mej noekvien’, het meervoud van de woorden voor ‘maim’ (water) en noekvien 
(vrouwelijke). Vóór de verbinding was de biena afzonderlijk en de bchiena dalet afzonderlijk. 
 
106


Yüklə 1,26 Mb.

Dostları ilə paylaş:
1   ...   48   49   50   51   52   53   54   55   ...   103




Verilənlər bazası müəlliflik hüququ ilə müdafiə olunur ©genderi.org 2024
rəhbərliyinə müraciət

    Ana səhifə