Kalium inname: risico van hyperkaliëmie?



Yüklə 309,92 Kb.
Pdf görüntüsü
səhifə3/10
tarix02.03.2018
ölçüsü309,92 Kb.
#28708
1   2   3   4   5   6   7   8   9   10

RIVM Briefrapport 2015-0009 

 

Pagina 11 van 39



 

Inleiding 



1.1 

Aanleiding 

Het Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport (VWS) heeft aan 

het Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu (RIVM) gevraagd een 

eerste inventarisatie te maken van de beschikbare gegevens omtrent de 

kaliuminname in Nederland en de potentiële risicogroepen voor 

hyperkaliëmie.  

 

Aanleiding voor deze opdracht is dat de zoutinname in Nederland te 



hoog is en de levensmiddelenindustrie, gestimuleerd door het 

Nederlandse beleid, heeft aangegeven de hoeveelheid natriumchloride in 

levensmiddelen te verlagen. Een deel van het natriumchloride zou 

mogelijk vervangen kunnen worden door kaliumchloride. In België heeft 

de Hoge Gezondheidsraad (HGR) en het Wetenschappelijk Comité van 

het Federaal Agentschap voor de Veiligheid van de Voedselketen (FAVV) 

in april 2012 een gemeenschappelijk advies uitgebracht waarin zij 

pleiten tegen een algemene toepassing van kaliumsuppletie via de 

voeding als nutritionele preventie van hart- en vaatziekten ter 

aanvulling op de reductie van natriuminname via de voeding (1). In het 

advies wordt gesproken van talrijke personen bij wie het risico op 

toxiciteit te wijten aan hyperkaliëmie (een verhoogd kalium gehalte in 

het bloed), welke hart- en neurologische complicaties veroorzaakt, is 

verhoogd. In Nederland heeft de Gezondheidsraad zich hierover nog niet 

uitgesproken.  

 

1.2 



Leeswijzer 

De normen voor kalium inname en de kaliumgehaltes van 

voedingssupplementen en voedingsmiddelen worden respectievelijk 

beschreven in hoofdstuk 2 en hoofdstuk 3. De huidige kalium inname 

in Nederland wordt in twee delen gepresenteerd: Hoofdstuk 4.1 geeft 

de kalium inname geschat op basis van voedselconsumptieonderzoek 

weer. Hierbij worden ook de belangrijkste bronnen van kalium 

gepresenteerd. Hoofdstuk 4.2 toont de kalium inname zoals 

vastgesteld in voedingsstatusonderzoek. Vervolgens geeft hoofdstuk 5 

een beschrijving van de potentiële risicogroepen voor hyperkaliëmie. 

Ten slotte wordt in hoofdstuk 6 ingegaan op de mogelijke 

consequenties van een te hoge kalium inname voor de volksgezondheid 

en volgen in hoofdstuk 7 de conclusies en enkele aandachtspunten 

voor vervolgonderzoek. 




RIVM Briefrapport 2015-0009 

 Pagina 12 van 39 

 

 



RIVM Briefrapport 2015-0009 

 

Pagina 13 van 39



 

Normen voor kalium inname 



Kalium is een mineraal en is samen met natrium en chloor een 

belangrijke factor voor de regulering van de bloeddruk en de 

vochtbalans in het lichaam. Ook zorgt kalium voor de geleiding van 

zenuwprikkels en het samentrekken van spieren. Een hoge 

kaliuminname heeft een verlagend effect op de bloeddruk en vermindert 

het effect van een te hoge natriuminname op de bloeddruk.  

 

2.1 

Aanbevolen dagelijkse hoeveelheid 

In Nederland bestaan geen voedingsnormen voor kaliuminname. Op dit 

moment hanteert de Gezondheidsraad de normen van de Nordic Council 

voor voedingsstoffen waarvoor geen Nederlandse normen zijn opgesteld 

(2). De Nordic Council heeft in 2012 voor kalium een aanbevolen 

dagelijkse hoeveelheid (ADH) afgeleid van 3500 mg/d voor mannen en 

3100 mg/d voor vrouwen. De ADH is de inname van een voedingsstof 

die voldoende is om de behoefte van bijna alle (97,5%) gezonde 

individuen in een bevolking te dekken. 

 

2.2 



Bovengrens van kaliuminname 

De European Food Safety Authority (3) heeft geen veilige bovengrens 

voor kaliuminname vastgesteld, omdat er voor gezonde volwassenen 

geen aanwijzingen zijn dat een hoge kaliuminname uit 



voedingsmiddelen kan leiden tot risico’s voor de gezondheid. Bij 

gezonde volwassenen zijn de nieren in staat om een teveel aan kalium 

in de urine uit te scheiden en treden er zeer geringe veranderingen van 

het kaliumgehalte in het bloed op.  

 

Wel heeft het gebruik van kaliumsupplementen in een dosis van 5000 



tot 7000 mg/dag aanvullend op de inname uit de voeding in enkele 

gevallen geleid tot problemen met het geleiden van zenuwprikkels en tot 

een verminderde hartfunctie in ogenschijnlijk gezonde volwassenen (3). 

Ook zijn er enkele gevallen gerapporteerd van maag- en darmklachten 

bij personen die kaliumsupplementen gebruikten naast kalium uit 

voeding (3). De dosering lag in deze gevallen tussen de 1000 en 5000 

mg/dag. Deze klachten ontstonden waarschijnlijk door de vorm van het 

supplement (bijv. gel-vorm of slow-release kalium) in plaats van door de 

dosis.  

 

Daarnaast zijn er risicogroepen waarbij problemen kunnen ontstaan bij 



verhoogde kaliuminnames. Zo kan door een verstoorde nierfunctie, 

waarbij de uitscheiding van kalium in de urine is beperkt, het 

kaliumgehalte in het bloed te hoog worden (> 5 mmol/L) en kunnen er 

mogelijk nadelige effecten ontstaan. Een stoornis in de uitscheiding van 

kalium waardoor het kaliumgehalte in het bloed stijgt, kan ontstaan 

door het gebruik van bepaalde medicijnen (bijv. angiotensine converting 

enzyme (ACE) remmers, kaliumsparende diuretica, angiotensine-II-

antagonisten en ontstekingsremmers) of door bepaalde ziektebeelden 

zoals diabetes, chronische of terminale nierschade en ernstig hartfalen. 

Bovengenoemde ziekten en medicijngebruik komen vaker voor op latere 

leeftijd. Daardoor neemt het risico op een stoornis in de 



Yüklə 309,92 Kb.

Dostları ilə paylaş:
1   2   3   4   5   6   7   8   9   10




Verilənlər bazası müəlliflik hüququ ilə müdafiə olunur ©genderi.org 2024
rəhbərliyinə müraciət

    Ana səhifə